In 2022 is opnieuw engagement gevoerd met de bedrijven die deel uitmaken van het zogenoemde IMVB Diepe spoor, een samenwerking die voortvloeit uit het IMVB-convenant tussen ngo’s, vakbonden, de Nederlandse regering en verschillende Nederlandse pensioenfondsen. Zo zijn we in gesprek gegaan met bedrijven die gebruikmaken van mica, een grondstof die vaak in verband wordt gebracht met kinderarbeid.

Mica is een veel gebruikt, maar vrij onbekend mineraal. Het is een grondstof die in veel auto-onderdelen zit, zoals in verf en lak, sensoren, hittegeleiders, lampen en batterijen. De grootste micaproducenten zijn India en Madagaskar, maar automerken weten vaak niet precies waar de grondstof vandaan komt. Het risico op kinderarbeid zit daarom met name in de winning ervan. Uit onze gesprekken met een autofabrikant bleek echter een grote bereidwilligheid om bij te dragen aan het verbeteren van de arbeidsstandaarden in de micatoeleveringsketen. Met resultaat: de autofabrikant heeft zich naar aanleiding van onze gesprekken aangesloten bij het Responsible Mica Initiative. Dit is een organisatie die mica en kinderarbeid in de hele productieketen aanpakt en ook contacten heeft met lokale gemeenschappen die de grondstof winnen.

Later in het proces is ook de leverancier benaderd. Al snel werd duidelijk dat de leverancier meer klant- en regelgedreven is. Als de autofabrikanten aan wie zij leveren om meer transparantie van de toeleveringsketen van mica zouden vragen, zijn zij bereid mee te werken.

In de werkgroep werkten deze partijen samen aan de mica-casus: de fondsen Achmea Investment Management (namens BPf Landbouw), Pensioenfonds Detailhandel, MN (namens PME en PMT), PGGM (namens PFZW en BPF Schilders) en Robeco (namens Rabobank PF), ngo’s Save the Children en Terre des Hommes, FNV en het ministerie van Buitenlandse Zaken.